Orgelkast - bouwdatum 1982
Orgelkast - plaats Het orgel staat opgeslagen in de doopkapel en wordt voor concerten onder de galerij geplaatst. Voor ceremoniën wordt het achteraan links gezet.
Orgelkast - stijl Modern, functionneel
Gebruikte materialen Eik
Opstelling van de pijpen Zichtbaar zijn alleen de 15 pijpen van de 8-voets Bourdon die chromatisch gerangschikt zijn, vanaf de rechterachterzijde, eindigend aan de kant van het manuaal. Als de frontdeuren geopend worden, verschijnt het binnenste pijpwerk.
Beschrijving van de orgelkast Eenvoudig ontworpen kistorgel op wieltjes. Het klavier is achteraan zichtbaar en in het front is een deur en een dubbele deur. Deze laatste kan helemaal opengeklapt worden, waardoor de binnenzijde toegankelijk wordt. Op de bovenkant zijn twee kleppen, waarvan de grote een steun heeft om ze geopend te laten staan, zoals de twee deurvleugels van het front. Opzij en achteraan rechts van het orgel bevinden zich de met conducten verbonden houten pijpen. Op de linkerkant is een groot vast handvat in eik waarmee het orgel getrokken of opgetild kan worden.
Speeltafel - beschrijving Enkelvoudig manuaal dat uit het meubel uitsteekt
Persoon belast met het onderhoud Guido Schumacher , François Houtart , Julius Steze
Datum/periode van het onderhoud Afhankelijk van het gebruik
Windwerk - druk Ongeveer 56 tot 58 mm WK
Stemming Diapason 440 Hz
Stemming - bijzonderheden Toonhoogte 440 Hz
Temperatuur Kirnberger III, de vier kwinten van do tot mi zijn kleiner gestemd. De andere kwinten zijn zuiver.
Akoestiek ± 4 seconden
Akoestiek - bijzonderheden Bij het transport worden de grote houten pijpen in een kist met dubbele bodem gelegd
Orgelbouwer(s) Stéphane Schumacher