Historiek We weten van de aanwezigheid van een ouder orgel dan het huidige, dankzij een tekening die echter alleen het rugpositief toont. De archieven van de Finistère hebben het over dat orgel, op 28 oktober 1724, als zijnde het orgel van de oude kerk dat verplaatst werd naar de huidige, in 1720 gebouwde kerk.
Het is waarschijnlijk dat het orgel van Loret ter vervanging gekomen is van dit instrument, waarover weinig bekend is.
Hippolyte Loret, afkomstig uit een grote familie van orgelbouwers, organisten en horlogemakers, vestigt zich in 1837 in Laken. Hij zal in zijn werkplaats andere orgelbouwers opleiden die in België een bepalende rol zullen spelen : Rogier-Joseph Kerkhoff, Georg Stahlhuth, Théodore Pereboom, Jan Leijser of de gebroeders Van Bever die in 1880 zijn werkplaats zullen overnemen.
Hippolyte Loret is een research-man die het orgelmechaniek wenst te verbeteren door het invoeren van pneumatische hefbomen of een windwerk met secundaire balgen. Hij lanceert ook orgelregisters die tot dan toe weinig of niet gebruikt werden. Met zijn “Harmoniphone” kan wie dat maar wil Gregoriaans begeleiden, zonder iets van harmonie af te weten.
Het orgel van de Paters Redemptoristen van het Frère-Orbanplein, in 1848 door Loret gebouwd, geeft de doorslag bij de keuze van de kerkfabriek voor een orgelbouwer.
Uit het bestek en het voorstel voor de inhuldiging kunnen we afleiden dat het eerste manuaal destijds dat van het positief was, dan het hoofdwerk en de bombarde. Dat is veranderd tijdens de restauratie. Men heeft er daarbij de voorkeur aan gegeven het mechaniek van het positief net achter het front te plaatsen en het klavier ervan in derde positie.
Nog uit het bestek (beschrijving van de windladen van de manualen en niet van het pedaal), kunnen we concluderen dat het pedaal later moet geplaatst zijn. Dat ging gepaard met de wijziging van de zwelkast en de plaatsing van een stem met een mysterieuze klankkleur, de voix céleste.
Zijn voorstel om de houten bas van de 16-voets principaal, die op het pedaal moest geplaatst worden, te vervangen door zinken pijpen is kennelijk niet gevolgd geworden.
Op vraag van de oud-organist Zwart daarentegen, is de bombarde 16’ van het manuaal wel degelijk naar het pedaal verhuisd en buiten het bestek om werd de discant van de fluit van het hoofdwerk veranderd in een overblazende fluit « in het belang van het werk ». Hippolyte Loret heeft zich in 1862 in Parijs gevestigd en op 5 februari 1872 stelt zijn oudste broer François-Bernard een beschrijving op met de uit te voeren werken, waaronder het normale onderhoud, het toevoegen van bassen aan enkele registers (principaal 16’, open fluit en overblazende fluit) en de wijziging van de voix céleste 4’ en 8’. In een brief uit Parijs, verstuurd door Hippolyte, hecht deze zijn goedkeuring aan de door zijn broer voorgestelde werken, ook al is de onderlinge verstandhouding niet goed. Ook de plaatsing van de principaal 16' in het front wordt vermeld en het belang van een zwelwerk, aangezien dat van de Finistère volgens hem nog te weinig ontwikkeld was.
Alleen de windladen en het windwerk zullen hersteld worden.
Voorts vinden we een bestek van Pierre Schyven voor de verbouwing van het orgelmechaniek en de plaatsing van een vrijstaande speeltafel maar het zal nog dertien jaar wachten zijn op de ingreep van de Gebroeders Van Bever die de frontpijpen restaureren, de bassen van de Bourdon 16’ en de Gamba 8’ verbeteren en de Voix céleste 4’ en de Mélophone 4’ en 8’ wijzigen. Salomon zal tot aan zijn dood in 1916 instaan voor het onderhoud van het orgel.
Zijn opvolger, Salomon Eyckmans, zal in 1948 een elektrische windmachine plaatsen en als gevolg van een verbouwingsplan van Loncke en andere orgelbouwers het regeerwerk elektrificeren, een nieuwe vrijstaande speeltafel plaatsen, een bijkomende windlade voor het positief en nieuwe orgelstemmen. De omzetting van bepaalde stemmen zal gebeuren door de Doornikse firma die geleid wordt door Maurice Delmott.
Op 27 oktober 1970 breekt brand uit in de klokkentoren en het orgel krijgt heel wat water te verwerken. De brandweer zal de pijpen ook nogal knullig opbergen. Het orgel blijft gedurende bijna 30 jaar ongebruikt.
Ondanks het geld van de verzekering is nooit met de werken begonnen en aangezien het orgel geklasseerd is, werd een administratieve procedure in gang gezet. Op 20 juli 1978 duidt het Schepencollege Jean Ferrard aan als leider van het onderzoek met het oog op de restauratie. Dat wordt in 2000, na een administratieve lijdensweg en met de steun van de ASLK (inmiddels Fortis Bank en Verzekeringen) tot een goed einde gebracht. De opstelling uit de inhuldigingsbrochure (4 februari 1856) werd als basis gebruikt voor de restauratie, alsook de resultaten van een vergelijking met de Loret-orgels van Dison en Averbode. We zien echter dat bij de restauratie de volgorde van de manualen gewijzigd werd : positief en bombarde werden, om mechanische redenen en omwille van de stemming van het hoofdwerk, omgewisseld. De lage cornet, aangeduid met 4 rijen, heeft er in realiteit slechts 3 en de principaal 16’ telt maar 44 in plaats van de 56 opgegeven pijpen, aangezien hij de bassen deelt met de Bourdon 16’. Fagot en hobo, in twee registers, vormen er slechts één en zijn in realiteit, van laag naar hoog, voorzien van bekers. De brochure spreekt ook over een viervoets fluit op het hoofdwerk, wat een 8' moet zijn. De voix céleste 8’ op het positief is behouden.
WERKEN
Begindatum 1872
Einddatum 1874
Bijzonderheden Plannen voor de verbetering van het orgel: zwelkast, bijkomende bassen 16’ (in het front) en 8’, omvorming van twee vier- en achtvoetsstemmen door François-Bernard Loret, op 5 februari 1872 goedgekeurd door zijn broer Hippolyte in Parijs
Type werkzaamheden Reparatie van het windwerk en van de windladen van het Hoofdwerk
Naam van de orgelbouwer François-Bernard Loret
Ligging van de werkplaats Mechelen
Begindatum 1889
Type werkzaamheden Restauratie van de frontpijpen, omvormen van de Melophone 4’ en Voix céleste 4’ en 8’. Het onderhoud wordt vanaf nu tot 1916 verzekerd door Salomon Van Bever.
Naam van de orgelbouwer Van Bever frères
Ligging van de werkplaats Laeken
Begindatum 1946
Type werkzaamheden Plaatsing van een elektrische ventilator
Naam van de orgelbouwer Salomon Eyckmans
Ligging van de werkplaats Laeken
Begindatum 1950
Bijzonderheden Plannen van Loncke en anderen om het orgel te verbouwen zijn niet gevolgd
Type werkzaamheden Elektrificatie van het regeerwerk en nieuwe vrijstaande speeltafel. Toevoegen van een windlade voor het positief, nieuwe registers en omzetting van stemmen.
Naam van de orgelbouwer Maurice Delmotte
Ligging van de werkplaats Tournai
Naam van de auteur Hubert Remy
Begindatum 1998
Einddatum 1999
Type werkzaamheden Grondige restauratie
Naam van de orgelbouwer Manufacture Thomas
Ligging van de werkplaats Ster-Francorchamps
Naam van de auteur Jean Ferrard
DOCUMENTATIE
Type Boek
Titel "L’orgue Hippolyte Loret de l’église Notre-Dame du Finistère à Bruxelles (Histoire d’une renaissance)"
Auteur Ouvrage collectif publié sous la direction de Jean Ferrard et faisant référence, entre autres, aux archives de la Paroisse.
Uitgever A. Neufcoeur
Type Plaat
Auteur Xavier Deprez, Jean Ferrard, Bernard Foccroule et Momoyo Kokubu
Uitgever SIC 006
Type Radio
Zender Radio 3 RTBF
Uitvoerder(s) Benoît Mernier
Type Documentatie
Titel Folder uitgegeven na ontvangst van het instrument in 1858
Herkomst Kerkfabriek