Orgelkast - bouwdatum 1922
Orgelkast - plaats Op de galerij. Boven de zijbeuken van de kerk loopt een galerij. Deze van de rechterzijbeuk is verlengd tot aan het dwarsschip. Daar bevindt zich het orgel waarvan het front evenwijdig loopt met de hoofdbeuk.
Orgelkast - stijl romaans-byzantijns
Gebruikte materialen Geschilderd hout
Opstelling van de pijpen Het front is bekleed met namaakpijpen (kanunniken)
Beschrijving van de orgelkast Het front bestaat uit drie velden met 9, 11 en 9 pijpen in halfcilindervormig geschilderd hout, met een arcade en klein snijwerk. Deze pijpen zijn stom.
Het orgel wordt volledig omsloten door een kast die aan de achterkant uit de achterwanden van het zwelwerk bestaat. Aan de voorkanten zijn er houten stomme pijpen en schilderingen van pijpen op de rug van de houten pijpen van Montre en Bourdon.
De bovenkant van het hoofdwerk is open; een uitstek op de vloer, opengewerkt bovenaan, aan de achterkant van het orgel, omringt de pedaalpijpen.
De onderkast van het orgel bestaat uit horizontale grenen planken zonder versiering.
Speeltafel - beschrijving Onafhankelijk en omgedraaid.
Met deksel.
Speeltafel - plaats Vóór het front
Speeltafel - materialen Eik
Onderhoud - bijzonderheden Niet meer onderhouden sinds ongeveer 1950
Stemming Diapason 440 Hz
Stemming - bijzonderheden Loopbrug tussen het Hoofdwerk en het Reciet. Aan het Pedaal toegang tot de onderkast.
Temperatuur Egaal
Akoestiek - bijzonderheden Overvloedig
Orgelbouwer(s) Slootmaeckers Frères