Modern galerijorgel (Merklin, 1869/Roethinger, 1934 en 1961/Collon, 2000)

Klooster van de Paters Karmelieten

Klavier  / Modern galerijorgel (Merklin, 1869/Roethinger, 1934 en 1961/Collon, 2000) - Klooster van de Paters Karmelieten
Architectuur, plaats, inplanting  / Modern galerijorgel (Merklin, 1869/Roethinger, 1934 en 1961/Collon, 2000) - Klooster van de Paters Karmelieten
Architectuur, plaats, inplanting  / Modern galerijorgel (Merklin, 1869/Roethinger, 1934 en 1961/Collon, 2000) - Klooster van de Paters Karmelieten
 Klik op een foto om te vergroten
HET INSTRUMENT
Orgelkast - bouwdatum 1869
Orgelkast - plaats Op de galerij
Orgelkast - stijl  Zichtbare pijpen zonder orgelkast
Gebruikte materialen Zink pijpen geschilderd met minium
Opstelling van de pijpen Opstelling van de pijpen : afwisselend pijpen van de Flûte 16' van de Pédale en van de Montre 8' van het Hoofdwerk
Beschrijving van de orgelkast Geen orgelkas, front "Diongre" toont enkel pijpen op onderkast met eenvoudige pannelen. Een middenveld van 2 x 14 pijpen, in dalende orde van het midden naar de uiteinden, gescheiden door een kruispunt van 5 pijpen, en omgeven door twee pijptorens in spitsboog, die elkaar kruisen van de uiteinden naar het midden toe en elk 12 pijpen bevatten. Deze "klim" bestaat uit Fluit 16'-pijpen (aan het voetklavier) en Prestant 8' (aan het Hoofdwerk). Het geheel staat op een sokkel uit vlakke panelen die naar de achterwand lopen. In het orgel rusten de laden op dennen structuren. Links en rechts van het hoofdorgel – in de zijbeuken van de hoogzaal – staan de meest recente elementen van de Pédale, eveneens op een sokkel zonder kast en onderaan vlakke panelen.
Speeltafel - bouwdatum 1962
Speeltafel - stijl Modern
Speeltafel - beschrijving Vier overhangende manualen, registratuur aan weerszijde van de manualen
Speeltafel - plaats Voor het orgel, omgekeerde speeltafel
Speeltafel - materialen Contre-plaqué identique au buffet d'orgue
Speeltafel - bijzonderheden Revue en 2000 lors de l'adjonction des nouveaux jeux
Bouw - bijzonderheden Construit par Merklin, repris, agrandi et électrifié par Roethinger avec perte de l'ancien meuble, puis encore agrandi ét réharmonisé par Patrick Collon
Persoon belast met het onderhoud Patrick Collon
Datum/periode van het onderhoud Regelmatig
Combinatieschakelaar - type en plaats 4.000 combinaties
Crescendo Met balans en 60 posities
Stemming 440 Hz
Temperatuur Gelijkzwevend
Akoestiek Overvloedig
Orgelbouwer(s) Joseph Merklin, Roethinger, Patrick Collon
HET INSTRUMENT
Orgelkast - stijl  Zichtbare pijpen zonder orgelkast
Speeltafel - stijl Modern
Orgelbouwer(s) Joseph Merklin, Roethinger, Patrick Collon
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
Historiek 1868 : Bestek van Merklin
8 oktober 1864 : inwijdiging (Alphonse Mailly en Renaud de Vilbac)
1934 : elektrificatie, toevoeging van een soloklavier en een nieuwe speeltafel door Roethinger
1962 : reconstructie (met nieuwe opstelling van het front en verdwijning van het orgelfront van Merklin)
Inwijding door Louis Joos (titularis), Pierre Cochereau en Jean Rotthier
2000 : groot onderhoud, algemene herintonatie, en toevoeging van een nieuw pedaal door Patrick Collon.
Inhuldiging 23 november 2000 door Daniel Roth.

Het orgel werd bespeeld door vooraanstaande organisten zoals Alphonse Mailly « Organiste du Roi », daarna de befaamde componist August De Boeck. We weten dat Joseph Jongen graag kwam oefenen op het orgel van de Karmelieten. Louis Joos wou niet meer verder titularis zijn van het orgel na het verdwijnen van het origineel front ( in de geest van de her-decoratie van het kerkgebouw, dat al zijn XIXde eeuwse polychromie verloor) ; daarna werd hij titularisvan het Schijvenorgel in de Sint Bonifatiuskerk te Elsene.
Na een uitzonderlijk lange aanwezigheid (40 jaar !) van Jean Rotthier is Guy Van Waas sederd 2003 titularis van het orgel.
Laat ons niet vergeten dat in de zestiger jaren tot in de jaren tachtig op het orgel van de « Carmes » de voornaamste orgelconcerten in Brussel werden ingericht, met een énorme publieke belangstelling. De kerk was regelmatig vol om Pierre Cochereau, Marie-Claire Alain, de Duruflé’s, Chaisemartin, Jean Guillou en vele anderen te beluisteren.
WERKEN
Type werkzaamheden Elektrificatie, toevoeging van een solomanuaal en nieuwe speeltafel
Naam van de orgelbouwer Roethinger
Begindatum 1960
Einddatum 1961
Type werkzaamheden Reconstructie, met een nieuwe dispositie van het orgelfront en verdwijning van de orgelkas van Merklin
Naam van de orgelbouwer Etablissements E.A. Roethinger
Type werkzaamheden Groot onderhoud, algemene herintonatie en toevoeging van nieuwe speelen met pedaal redisposition de la Pédale
Naam van de orgelbouwer  Patrick Collon
Ligging van de werkplaats Brussel (Laken)
DOCUMENTATIE
Type Boek
Titel Histoire des orgues
des Grands et Petits Carmes
à Bruxelles
Beschrijving Ouvrage en photocopie A4 comportant un historique des orgues et des organistes avec photos en noir et blanc et archives
Auteur Jean-Pierre Felix
Referenties A compte d'auteur
Type Plannen
Beschrijving Plans et coupes à l'échelle de l'orgue dessinés par Roethinger. Ils sont encadrés et accrochés au mur de la tribune derrière le buffet de Pédale de gauche.
Auteur Roethinger
Herkomst Karmelieten
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
Historiek 1868 : Bestek van Merklin
8 oktober 1864 : inwijdiging (Alphonse Mailly en Renaud de Vilbac)
1934 : elektrificatie, toevoeging van een soloklavier...
Werken
Naam van de orgelbouwer Roethinger
Begindatum 1960
Einddatum 1961
Naam van de orgelbouwer Etablissements E.A. Roethinger
Naam van de orgelbouwer  Patrick Collon
Ligging van de werkplaats Brussel (Laken)
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel
Structuur speeltafel en muziekstaander 
Gescheiden avec intérieur façon acajou.
Pupitre en bois rabattable sur les claviers.
Volet coulissant à lattes de bois.
Aantal klavieren 
4
Omvang van de klavieren 
56 toetsen, C - g'''
Beschrijving van de toetsen 
Overhang van de manualen over zichzelf : 35 mm.
Toetsen bekleed met ivoor.
Breedte van de toetsen 
21 mm
Diepte van de toetsen 
IV : 130 mm ; III : 131 mm ; II : 132 mm ; I : 133 mm
Breedte van het octaaf 
164 mm
Beschrijving van de boventoetsen 
Bekleed met ebbenhout
Omvang van het voetklavier 
30 toetsen, C - f'
Materialen van het voetklavier 
Pedaaltoetsen van eikenhout met boventoetsen in palissander
Registers 
Links en rechts van de manualen, plastic tuimelaars in horizontale uitlijningen geplaatst in gebogen oppervlakten
Koppelingen 
Links en rechts van de manualen, aan de voeten, omkeerbaar
Combinaties 
Onder de manualen, kleine drukknoppen met aanduidingen :
S / 0 / 1 / 2 / 3 / 4 / < / > / 5 / 6 / 7 / 8 / 9 / Cr. / A
(Les chiffres faisant avancer ou reculer les unités - quatrième chiffre du cadran).
En aan de voeten :
< / > .
Voetsteun 
Op de bank
Met de voet bediende organen 
Pedaalklavier: overhang van 325, loodrecht re3/re2.
Pistons avec indications sur plaquettes synthétiques blanches, à gauche :
Accouplements
Copula Pos./GO.
Copula Réc./GO.
Copula Réc./Pos.
Copula Solo / Pos.
Tirasses
Grand Orgue
Positiv [sic]
Récit
Solo
Trois grandes pédales à bascule in het middel :
(Expression) Récit.
(Expression) Solo.
Crescendo général.
Rechts :
Crescendo
Copula Solo / Réc.
Annul. Général
< S
S >
Acc. Général
Toebehoren 
Onder de linker registers zjn er vier sleuteltjes die ieder toegang verlenen aan 999 combinaties.
Boven deze registers is er een lichtbordje met vier cijfers voor de combinaties. Onder en bovenaan de drie eerste cijfertjes zijn er knopjes om de cijfers te veranderen.
Bovenaan de rechterregisters, lichtbordje met twee cijfers (1 tot 60) voor het Crescendo Général.
Links en rechts bovenaan de registers (aan de buitenkant) twee knopjes < en > voor de registranten.
Links van de speeltafel algemene schakelaar met controlelampje.
Adresplaat 
Plaatje boven de manualen door Patrick Collon :
IN MEMORIAM
JEAN ROTTHIER
1929 - 2002
ORGANISTE DES CARMES
1962 - 2002
R.I.P.
 
Klavieren en voetklavieren
  • Naam 
    Hoofdwerk (I)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    11 Bourdon 16' (°)
    12 Montre 8'
    13 Bourdon 8' (°)
    14 Prestant 4'
    15 Doublette 2'
    16 Fourniture V (4', -*)
    17 Cymbale IV (1/3', -*)
    18 Flûte harm. 8' (°*)
    19 Cornet V (*)
    20 Trompette 8' (°)
    21 Clairon 4' (°)
    Koppelingen 
    22 Positif GO
    23 Récit GO
    24 Solo GO
    Bijzonderheden 
    (°) Merklin 1869
    (-) Roethinger 1962/1965
    (*) Collon 2000
  • Naam 
    Positief (II)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    1 Bourdon 8' (°)
    2 Prestant 4'
    3 Nasard 2 2/3'
    4 Doublette 2'
    5 Tierce 1 3/5'
    6 Larigot 1 1/3' (*)
    7 Cymbale III (*)
    8 Cromorne 8'
    Koppelingen 
    9 Récit Positif [sic]
    10 Solo Positif [sic]
    Bijzonderheden 
    (°) Merklin 1869
    (-) Roethinger 1962/1965
    (*) Collon 2000
  • Naam 
    Zwelwerk (III)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    53 Bourdon 16' (°)
    54 Principal 8' (°-)
    55 Cor de nuit 8' (°-)
    56 Voix céleste 8' (°)
    57 Prestant 4' (°-)
    58 Octavin 2' (°)
    59 Plein-jeu V (1')
    60 Trompette harm. 8' (°)
    61 Basson-Hautbois 8' (°)
    62 Voix humaine 8' (°)
    Koppelingen 
    42 Solo Récit
    Tremulant 
    43 Tremblant
    Bijzonderheden 
    (°) Merklin 1869
    (-) Roethinger 1962/1965
    (*) Collon 2000
  • Naam 
    Solo (IV)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    41 Bourdon 8' (°)
    42 Flûte 4' (°)
    43 Flageolet 2'
    44 Sesquialtera II (°)
    45 Quinte 1 1/3'
    46 Piccolo 1'
    47 Bombarde 16'
    48 Trompette 8' (°)
    49 Clairon 4' (°-)
    Bijzonderheden 
    (°) Merklin 1869
    (-) Roethinger 1962/1965
    (*) Collon 2000
  • Naam 
    Pedaal
    Omvang 
    30 toetsen, C - f'
    Registers 
    25 Bourdon 32' (*)
    26 Flûte 16' (-)
    27 Flûte 8' (-)
    28 Quinte 5 1/3' (*)
    29 Flûte 4' (°-)
    30 Tierce 3 1/5' (*)
    60 Soubasse 16' (°-)
    59 Flûte 8' (*)
    58 Bombarde 16' (*)
    57 Trompette 8' (*°)
    56 Clairon 4' (*°)
    Koppelingen 
    31 Tirasse GO
    32 Tirasse Positif
    54 Tirasse Solo
    55 Tirasse Récit
    Bijzonderheden 
    (°) Merklin 1869
    (-) Roethinger 1962/1965
    (*) Collon 2000
 
Tractuur
  • Naam 
    Hoofdwerk (I)
    Noten 
    Elektrisch regeerwerk
    Beschrijving van de registers 
    Elektrish met motor om de lepen te trekken.
    Kegelventielen voor het front.
  • Naam 
    Positiv (II)
    Noten 
    Elektrisch regeerwerk
    Traject en beschrijving van de mechaniek 
    Relais électriques dans les boîtes sur le mur du fond.
    Electro-aimants pour tirer les soupapes.
    Beschrijving van de registers 
    Elektrisch met motoren om de slepen te trekken
  • Naam 
    Reciet (III)
    Noten 
    Elektrisch regeerwerk
    Beschrijving van de registers 
    Elektrisch met motor om elke sleep te trekken
    Zwelkast 
    Mechanische bediening met jaloezieën
  • Naam 
    Solo (IV)
    Noten 
    Elektrisch regeerwerk
    Traject en beschrijving van de mechaniek 
    Relais électriques dans les boîtes sur le mur du fond.
    Electro-aimants pour tirer les soupapes.
    Beschrijving van de registers 
    Elektrisch met motor voor elke sleep
    Zwelkast 
    Mechanisch bediening met jaloezieën
  • Naam 
    Pedaal
    Noten 
    Elektrisch regeerwerk
    Traject en beschrijving van de mechaniek 
    Relais électriques dans les boîtes sur le mur du fond.
    Electro-aimants pour tirer les soupapes.
    Kegelventielen voor het front.
    Beschrijving van de registers 
    Elektrisch met motor voor elke sleep.
    Kegelventielen voor het front.
 
Windladen
  • Naam van het klavier 
    Hoofdwerk
    Type 
    Met registers
    Inplanting 
    Loodrecht op de kerk naar achter en in het middel van het orgel
    Beschrijving van de pijpstok 
    Van achter naar voor :
    Cornet V
    Bourdon 16'
    Montre 8' (en partie en façade)
    Bourdon 8'
    Flûte harmonique 8'
    Prestant 4'
    Doublette 2'
    Fourniture
    Cymbale
    Trompette 8'
    Clairon 4'
  • Naam van het klavier 
    Positief
    Type 
    Met registers
    Inplanting 
    Loodrecht op de kerk in het centraal voorkant van het orgel
    Aard 
    Oude windlade in eik
    Opstelling van de pijpen 
    Diatonisch in V
    Beschrijving van de pijpstok 
    Van achter naar voor :
    Cymbale III
    Larigot 1'1/3
    Cromorne 8'
    Tierce 1'3/5
    Doublette 2'
    Nasard 2'2/3
    Bourdon 8'
    Prestant 4'
  • Naam van het klavier 
    Reciet
    Type 
    Met registers
    Inplanting 
    Evenwijdig aan de as van de kerk, rechts van het Hoofdorgel et het Positiv, kijkend naar het orgel
    Aard 
    Nieuwe windlade in eik
    Beschrijving van de pijpstok 
    Van rechts naar links :
    Principal 8'
    Bourdon 16'
    Voix céleste 8'
    Cor de nuit 8'
    Principal (italien) 4'
    Octavin 2'
    Plein-Jeu V (1')
    Trompette 8'
    Voix humanie 8'
    Basson-Hautbois 8'
  • Naam van het klavier 
    Solo
    Type 
    Mechanisch
    Inplanting 
    Parallel met de kerk, op de linkse kant van het orgel
    Aard 
    Oude windlade in eik
    Beschrijving van de pijpstok 
    Van links naar rechts :
    Clairon 4'
    Trompette 8'
    Bombarde 16'
    Piccolo 1'
    Quinte 1'1/3
    Flageolet 2'
    Sesquialtera II
    Flûte 4'
    Bourdon 8'
  • Naam van het klavier 
    Pedaal
    Type 
    Met registers en elektrisch voor het front
    Inplanting 
    Ten hoogte van het transept, links en rechts. In het front, centrum.
    Aard 
    Nieuwe windlade in eik links en rechts (Collon). Klein elektrische windlade voor de frontpijpen.
    Opstelling van de pijpen 
    Mijtervormig op de windladen. Mixt in het front.
    Beschrijving van de pijpstok 
    Windladen, van achter naar voor :
    Soubasse 16'
    Bourdon 32 ' (eerste octav acoustique)
    Flûte 8' (dolce)
    Quinte 5'1/3
    Tierce 3'1/5
    Bombarde 16'
    Trompette 8'
    Clairon 4'
    In en achter het centraal frontpijp :
    Flûte 16', 8' et 4' bij uitbreiding.
    Bijzonderheden 
    Voor 2000, vonden De Pedaalspeelen zich in het hoofdorgelkast
 
Pijpwerk
  • Naam 
    Hoofdwerk (I)
    Bijzonderheden 
    Pijpwerk uit drie verschillende tijdperioden
    Beschrijving 
    ijpwerk in hout (geschilderd pin) en metaal (tin, zink, spotted volgens de stemmen et de tijdperioden)
  • Naam 
    Positief (II)
    Bijzonderheden 
    Pijpwerk uit drie verschillende tijdperioden
    Beschrijving 
    Geschilderd pinhout, metaal (tin en spotted, volgens de tijdperioden)
  • Naam 
    Zwelwerk (III)
    Bijzonderheden 
    Pijpwerk uit twee verschillende tijdperioden
    Beschrijving 
    Geschilderd pin en metaal (tin en spotted)
  • Naam 
    Solo (IV)
    Bijzonderheden 
    Pijpwerk uit twee verschillende tijdperioden
  • Naam 
    Pedaal
    Bijzonderheden 
    Pijpwerk uit drie verschillende tijdperioden
    Beschrijving 
    Geschilderd pinhout of niet, tin, zink
 
Windvoorziening
  • Magazijn- of hulpbalg 
    Voornaamste magazijnbalgen
    Beschrijving 
    Het instrument telt niet minder dan vijf magazijnbalgen, die allen staan in de onderbouw van het hoofddeel en waarvan hier de maten :
    80 x 160 cm,
    70 x 120 cm,
    80 x 140 cm,
    90 x 160 cm,
    80 x 140 cm.

    Daarbij is er onder iedere lade een schokbreker aanwezig.
    Aantal en type gewichten 
    Table flottante
    Aantal en type gewichten 
    Zwemmerbalg
 
Tremolos
  • Naam 
    Reciet (Tremulant)
    Type 
    Met kegel
 
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel Klavier(en) en voetklavier(en) : 5
Klavier(en) en voetklavier(en) Hoofdwerk (I), Positief (II), Zwelwerk (III), Solo (IV), Pedaal
Tractuur
Hoofdwerk (I) Elektrisch regeerwerk
Positiv (II) Elektrisch regeerwerk
Reciet (III) Elektrisch regeerwerk
Solo (IV) Elektrisch regeerwerk
Pedaal Elektrisch regeerwerk
Het gebouw
Klooster van de Paters Karmelieten

Klooster van de Paters Karmelieten

Adres : Guldenvlieslaan, 45
1050 Ixelles
Bouwstijl : Pseudo Byzantijns
Bouw : 1861-1862
Bouwperiode : 20ste
Bouwstijl : Pseudo Byzantijns
Orgel(s) aanwezig in dit gebouw